door: Nele Wynants, winnaar 'basisprijs' categorie Essay van de Prijs voor de Jonge Kunstkritiek 2016
Fictief museum
‘Vandaag de fantastische expo bezocht van Thomas Bellinck – een aanrader !!’ twitterde Guy Verhofstadt op 29 mei 2013. Met zijn lofbetuigingen verzekerde de liberale fractieleider in het Europees Parlement het project van de jonge kunstenaar van een ruime media-aandacht. Bellincks tentoonstelling Domo de EÅropa Historio en Ekzilo plaatst de bezoeker meer dan een halve eeuw vooruit in de toekomst, om vanuit het perspectief van het jaar 2063 terug te kijken naar het begin van de eenentwintigste eeuw. In opeenvolgende etappes schetst de tentoonstelling de opgang, het hoogtepunt en het verval van de Europese Unie en biedt zo een ontwrichtende terugblik op het Europa van vandaag. De expositie werd voor het eerst opgebouwd in een leegstaand pand in de Brusselse Europawijk, op een boogscheut van waar binnenkort het ‘echte’ House of European History de deuren zal openen – een grootschalig museum rond de geschiedenis van de Europese Unie. Bellinck maakte alvast zijn eigenzinnige versie van de denkoefening.
Domo de EÅropa Historio en Ekzilo (‘Huis van de Europese Geschiedenis in Ballingschap’) is een bureaucratisch labyrint. De vorm herinnert aan een ouderwets herdenkingsmuseum. Op zijn eentje dwaalt de bezoeker langsheen gedateerde vitrines met stoffige poppen, oude landkaarten, maquettes en gadgets zoals een vergeeld charter van de Nobelprijs voor de Vrede en ingekaderde richtlijnen over de minimumlengte van bananen, tomaten en preistengels. In Esperanto, Engels, Frans en Nederlands kan de bezoeker lezen hoe de EU-periode van ‘Lange Vrede’ gedomineerd werd door corruptie, commerciële lobby en eigenbelang. Ondanks de verwoede pogingen van de Europese politici om de unie bij elkaar te houden via handelsakkoorden, wetgevingen en richtlijnen – die dan in dertig verschillende talen vertaald dienden te worden – kwamen er scheuren in de Unie die in Bellincks ‘museum van de toekomst’ uiteindelijk ergens in de jaren 2060 barst. Het museum is opgezet door de ‘Vrienden van een Herverenigd Europa’ ter herdenking van dit utopisch Europees project.
Kort samengevat: Jan Hoek maakt fotoportretten van zwakkeren uit de samenleving die hij respectvol wil portretteren, schoonheid en allure wil schenken, en daarmee de grenzen van de geijkte schoonheidsidealen wil oprekken. Toen ik door de tentoonstelling liep, had ik het gevoel dat het tegenovergestelde gebeurde, en ik een galerij zag van mensen die waren geselecteerd op het feit dat er iets met ze aan de hand is. Zodoende heb ik de morele kaart getrokken, zoals Sacha het noemde.
Er zitten natuurlijk nadelen aan het huidige systeem. Hoe vat je een tentoonstelling samen in ballen? Problematisch is ook het beperkte aantal woorden. Ik legde Jan Hoek uit dat ik niet per se bedoel dat hij harteloos was in de tentoonstelling maar dat verschillende verhaallijnen en strategieën tegen elkaar in werkten. Hierdoor werd het effect bewerkstelligd dat ik vond dat de mensen werden geëtaleerd op hun gebrek. Het is ‘ik’ in de tentoonstelling en ik beschrijf wat ik daar zie. Waarbij ik me kan voorstellen dat je strenger bent in een moreel oordeel dan wanneer het formele kritiek betreft. In korte recensies is het overigens voor een kunstenaar moeilijker om er inhoudelijk belang uit te halen. Een doelstelling is natuurlijk toch, hoop ik, om iets te analyseren op zo’n manier dat ook de kunstenaar er baat bij heeft. Ik weet niet of dat kan in die beperkte ruimte.
Het onderzoek van Jan Hoek ging vooral over de gevolgen van de externe waardering, een benadering die lijkt aan te sluiten bij een onderzoekspresentatie afgelopen maand van Monika Kackovic, econoom bij de UvA. Zij promoveerde vanuit economisch perspectief op hoe externe waardering van belang is bij het succes van kunstenaars. Haar conclusie is dat maatschappelijk succes afhangt van externe factoren zoals een gerenommeerde galerie, expositie, recensies. Die drie samen werken beter, dan bijvoorbeeld drie exposities of een expositie met drie recensies.
Dus in hoeverre heeft kunstjournalistiek in plaats van een inhoudelijke nu meer een economische betekenis gekregen? Is ze iets geworden dat vooral gevolgen heeft voor een cv? Misschien, bedacht ik me na de talkshow met Jan Hoek, zijn wij als schrijvende pers meer en meer onderdeel geworden van de kunstmarkt – zoals ook kunstenaars daar toenemend onderdeel van zijn geworden. Waren veel kunstenaars in de jaren zeventig gemotiveerd door idealisme en bleven ze weg van commercie, nu is een maatschappelijk-economisch idee van succes veel meer leidend geworden. Die opvatting over succes, daar spelen wij ook een rol in.
Ook heeft kunstkritiek op een andere manier invloed op het succes van het kunstenaarschap, doordat kunstenaars zelf veel taliger zijn geworden. Ze bedienen zich van teksten om hun werk mee te versterken. Dat die kunsttaal zo veel verder is gekomen dan de kunstpagina’s in de krant of een tijdschrift is in zekere zin een succesverhaal: het gaat om de emancipatie van de kunstenaar en om de toegankelijkheid van de kunst. De kunstenaar verwoordt wat hij vindt en denkt, net zoals de rest van de mensheid dat ook in toenemende mate doet. Dat mensen zich een mening vormen en niet meer klakkeloos aannemen wat iemand in de krant schrijft, betekent dat ze de kunst omarmd hebben zoals dat vorige eeuw zo’n groot streven was. Als je ergens van houdt, mag je er ook een mening over hebben. Dat is een devaluatie van het oordeel van de recensent, maar het is ook winst.
Maandag 28 november
Locatie: Arti et Amicitiae, Rokin 112, Amsterdam
Aanvang: 18 uur
toegang gratis
AICA Nederland nodigt u van harte uit voor de AICA Salon in Arti et Amicitiae op 28 november 2016, de tweede in een reeks informele, levendige ontmoetingsbijeenkomsten voor AICA-Âleden.
Tijdens de AICA Salons houdt een AICAâ€lid of gastspreker een prikkelende presentatie over een actueel onderwerp en is er volop ruimte voor discussie. Aansluitend is er een borrel en kan er gedineerd worden in de sociëteit (beide op eigen kosten, normaal alleen mogelijk voor Artiâ€leden).
Arjan Reinders (AICA bestuurslid) gaat met Smets in gesprek over o.a. de onafhankelijkheid van de criticus in tijden van Facebook en likes, over waarom er zo weinig negatieve recensies over kunst verschijnen, en over de vraag of het goed zou zijn als dat vaker zou gebeuren, voor de kunst maar ook voor de kunstkritiek. Wees welkom en praat mee!
Saskia Bos giving her laudatory speech at the Rijksakademie
Amsterdam, October 21, 2016
Ladies and gentlemen, dear colleagues,
Visual artist and musician John Cage once said: 'You can fool the fans but not the players.'
How extraordinary for AICA Nederland not to choose a curator, critic or museum, but a post-graduate institute for visual arts and – besides nominating Witte de With and an activity such as Art Rotterdam – to grant the AICA Award 2016 to the Rijksakademie van Beeldende Kunsten. I hereby congratulate you wholeheartedly.
It's understandable AICA wanted somebody with a background in contemporary visual arts and art education for this laudation, so I'm honoured to accept the invitation to praise the Rijksakademie. After having led Arts Centre De Appel in Amsterdam for 21 years and being Dean of Cooper Union's School of Art in New York for 11 years, this gives me the opportunity to say something about the value and place of art education in society, and about the importance of artists who offer other artists guidance. Again I quote Cage on art education: 'Nothing is a mistake. There is no win and no fail. There is only make.' Read more
AICA Nederland feliciteert de genomineerden van de Prijs voor de Jonge Kunstkritiek 2016, een stimuleringsprijs voor een nieuwe generatie critici en essayisten uit het Nederlands taalgebied, die schrijft over hedendaagse beeldende kunst.
Feestelijke prijsuitreiking, 16 december,  M HKA- Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen Tijdens de feestelijke prijsuitreiking op vrijdag 16 december a.s. worden de winnaars van de categorieën Recensie (hoofdprijs €2.500 en mentorschap van Sandra Smallenburg, kunstredacteur bij NRC Handelsblad) en Essay (hoofdprijs €2.500 en mentorschap van Sven Lütticken, kunstcriticus en -historicus) gepresenteerd in het M HKA – Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen. De uitreiking gaat om 16:30 uur van start, inloop 16:15 uur. Aansluitende borrel in het MuHKAFE tot ca. 20:00 uur.
In de categorie innovatieve kritiek wordt geen hoofdprijs toegekend, aangezien de jury geen afzonderlijke winnaar kon aanwijzen die voldoende aan alle kwaliteitseisen voldeed. Er zullen twee stimuleringsprijzen worden uitgereikt aan deelnemers die op de uitreiking worden bekendgemaakt.
Reserveren voor de uitreiking is verplicht.
Stuur een e-mail met uw volledige naam, e-mailadres en telefoonnummer naar info@jongekunstkritiek.net onder vermelding van ‘Uitreiking Prijs voor de Jonge Kunstkritiek 16 december 2016 @M HKA’.
De jury van de Prijs voor de Jonge Kunstkritiek 2016 staat voor deze vijfde editie opnieuw onder voorzitterschap van Sandra Smallenburg (kunstredacteur bij NRC Handelsblad) en bestaat verder uit Jan Postma (kunstcriticus en -redacteur bij De Groene Amsterdammer, voormalig hoofdredacteur van Hard//Hoofd), Wouter Hillaert (freelance criticus en podiumredacteur bij Rekto:Verso), Max Bruinsma (onafhankelijk design- en kunstcriticus), Anne Ruygt (freelance kunsthistoricus en curator) en Dave Mestdach (filmcriticus Knack Focus). De prijs is een initiatief van de Appel arts centre Amsterdam, Witte de With Center for Contemporary Art Rotterdam en het Mondriaan Fonds, in samenwerking met Stedelijk Museum Amsterdam, STUK – Huis voor Dans, Beeld en Geluid Leuven, M HKA – Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen en Van Abbemuseum Eindhoven.
Lili Jampoller met schilderij, 2009. Foto: Neel Korteweg
"In Lili’s woonkamer ontdekte ik aan de muur een beeldje van twee in elkaar grijpende handen, een liefdevol gebaar, heel sprekend en gevoelig in zijn eenvoud. Het werkje van de kunstenaar Masuda Manabu is van gebogen metaaldraad. Tussen de vele kunstwerken bij haar thuis moet dit beeldje veel voor haar hebben betekend, want in de gang plakte ze een foto op de boekenkast, waarop ze zelf staat terwijl ze door deze handen kijkt. Het lijkt, alsof iemand even bij zichzelf stilstaat, de handen gesloten. Iemand die zelf afwezig is, er misschien niet meer is. Dit werk van Manabu ontstond naar aanleiding van het toneelstuk „The Hidden Trees“ van Betsy Torenbosch dat in 2008 in Den Haag werd opgevoerd. Hierin wordt o.a. het leven van Lili Jampoller geschetst.Toen ik dit hoorde begreep ik dat de twee handen symbool staan voor herinneringen. Volgens mij staan ze ook symbool voor wat er vandaag gebeurt, we willen ons Lili herinneren. Wat mij betreft vooral Lili als kunsthistorisch auteur, samensteller van een tentoonstelling en als lid van de AICA en de SEC.
Afgelopen vrijdag werd de AICA Oorkonde 2016 uitgereikt aan de Els van Odijk, directeur van de Rijksakademie der Beeldende Kunsten. Hierbij een impressie van de feestelijke bijeenkomst. De laudatio van Saskia Bos is hier na te lezen.
AICA Nederland dankt de Rijksakademie voor hun gastvrijheid, Warsteiner voor het leveren van de verfrissende biertjes en alle leden die hebben gestemd op de nominaties van hun voorkeur.
Fotografie: Marguerite Nolan
De AICA oorkonde. Ontwerp: mannschaftLaudatio door Saskia BosVoorlezing juryrapport door Stefan KuiperAICA voorzitter Robert-Jan Muller reikt de Oorkonde 2016 uit aan Els van Odijk, directeur van de Rijksakademie
V.l.n.r. Robert-Jan Muller, Stefan Kuiper, Marina de Vries, Anneke Oele, Els van Odijk
Beeldend kunstenaar en musicus John Cage zei eens "you can fool the fans but not the players". Hoe bijzonder is het dat AICA Nederland als organisatie voor kunstcritici niet een curator of criticus of museum, maar nu ook een postacademiale instelling voor beeldende kunst uitkiest, en naast de keuze voor Witte de With en een activiteit als Art Rotterdam- deze instelling uiteindelijk heeft verkozen om van de AICA de oorkonde voor 2016 te ontvangen. Ik feliciteer de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam daarmee van harte.
Het is te begrijpen dat men voor deze laudatio op zoek was naar iemand met een achtergrond in de actuele beeldende kunst en in kunsteducatie en ik ben vereerd aan de uitnodiging gevolg te geven om de loftrompet over de Rijksakademie af te steken. Na 21 jaar De Appel in Amsterdam te hebben geleid en daarna elf jaar Dean te zijn geweest van de School of Art van Cooper Union in New York, geeft dit mij de gelegenheid iets over de waarde en plek van het kunstonderwijs in de samenleving te zeggen en over het belang van kunstenaars die andere kunstenaars 'op weg helpen'. Opniew haal ik Cage over kunstonderwijs aan: "Nothing is a mistake. There is no win and no fail. There is only make." Ik bedoel met het 'op weg helpen' het stimuleren om die onafhankelijke kunstenaars/sensoren te worden en te blijven dankzij wie critici, filosofen, denkers, en iedereen die de kunst met belangstelling volgt, signalen ontvangen over waar de kunst zich om bekommert en soms ook waar de wereld naar toe gaat. En daarmee verplicht het kunstonderwijs zich ook te transformeren, en de overdracht, de 'transmission' steeds opnieuw te bekijken vanuit eigentijdse ontwikkelingen. De vertaling naar nieuwe generaties vraagt om betrokkenheid bij het heden. Is er de wil om te veranderen of wil men bewust rigide zijn? de externe invloeden weerstaan? Zoekt men naar een autoriteit buiten de eigen gelederen? Of zorgt affiniteit met wat er gaande is vanzelf voor osmose, een open blik, ook naar andere instellingen met wie men samen optrekt, in solidariteit maar ook uit overtuiging? Read more
AICA Nederland nodigt u van harte uit voor de AICA Salon in Arti et Amicitiae op 26 oktober, de eerste in een reeks informele, levendige ontmoetingsbijeenkomsten voor AICA-leden.
Op de eerste AICA Salon gaat AICA-voorzitter Robert-Jan Muller in gesprek met kunstcriticus Jhim Lamoree, over het onlangs geopende Museum Voorlinden. Hoe moeten we dit nieuwe museum nou eigenlijk beoordelen? Wat te denken van de collectie, de presentatie? Wat stelt het voor, wat beoogt het?
Het bestuur van AICA Nederland nodigt u van harte uit voor de uitreiking van de AICA Oorkonde 2016 aan de Rijksakademie van beeldende kunsten op vrijdag 21 oktober 2016. De officiële uitreiking vindt plaats in de Rijksakademie te Amsterdam. Saskia Bos, curator en voormalig directeur de Appel en ex-Dean Cooper Union, New York, spreekt een laudatio uit.
Programma:
16:30 – 17:00
Inloop en ontvangst
17:00 – 18:00
Welkom door Els van Odijk, directeur van de Rijksakademie
Welkom namens AICA door Robert-Jan Muller, voorzitter AICA Nederland
Laudatio door Saskia Bos, curator en voormalig directeur de Appel en ex-Dean Cooper Union, New York
Voorlezing juryrapport door Stefan Kuiper, jurylid
Uitreiking AICA Oorkonde 2016 door voorzitter AICA Nederland
Dankwoord Rijksakademie door Els van Odijk
18:00 – 19:00
Aansluitend drankje
Wij zien graag uit naar uw komst.
Namens het bestuur van AICA Nederland,
Robert-Jan Muller, voorzitter
RSVP: U wordt verzocht uiterlijk 17 oktober uw komst per e-mail te bevestigen aan aicanederland@gmail.com
U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.